Zoeken

Beleid en visie in de residentiele jeugdzorg

Voor beleidmakers

Aandacht voor seksualiteit

Voor jongeren die in een jeugdzorginstelling verblijven geldt dat zij voor hun kennis, waarden en normen op het gebied van seksualiteit, intimiteit en relaties voor een belangrijk deel afhankelijk zijn van de professionals. Aandacht voor seksualiteit zou een vanzelfsprekend onderwerp moeten zijn in jeugdzorginstelling.
Dit komt ook naar voren in het rapport Ruimte en grenzen op het gebied van seksualiteit van de inspectie jeugdzorg:
“Zeker wanneer er sprake is van 24-uurs opvang van minderjarige cliënten in een residentiële voorziening, verdienen thema’s als intimiteit en seksualiteit professionele aandacht. Jongeren worden immers niet alleen begeleid en behandeld in residentiële voorzieningen, zij wonen er ook, vaak voor langere tijd.”

Voorkomen van seksuele incidenten

Aandacht besteden aan het onderwerp seksualiteit draagt ook bij aan het voorkómen van seksuele incidenten. De bevindingen van de commissie Samson onderstrepen het belang hiervan:
“Jeugdigen in de residentiële jeugdzorg hebben een twee maal zo grote kans op seksueel misbruik als jeugdigen in de gewone populatie. Daders zijn vooral groepsgenoten, man en gemiddeld 15 jaar oud.”

Eén van de aanbevelingen van de commissie Samson is dan ook dat er in de jeugdzorginstelling structureel aandacht moet zijn voor gezonde seksualiteit, (seksueel) grensoverschrijdend gedrag en seksueel misbruik.

Behoefte aan visie en beleid

Er bestaat vooralsnog geen algemeen kader of een eenduidige, sectorbrede visie op seksuele en relationele opvoeding van jongeren en de rol, taken en verantwoordelijkheden van de instellingen hierin. Instellingen gaan hier verschillend mee om. Sommige instellingen hebben een eigen visie en beleid ontwikkeld en geven hier op eigen wijze uitvoering aan, bij anderen staat dit nog in de kinderschoenen.

In de praktijk blijkt dat instellingen behoefte hebben aan –handvatten voor- visie en beleid op seksualiteit. De brochure Seksualiteitsbeleid of struisvogelpolitiek biedt een model voor visie en beleid op seksualiteit, relaties en omgangsvormen 12+ voor de residentiële jeugdzorg.

Visie ontwikkelen voor residentiële jeugdzorg

Een heldere visie helpt je een doelgericht beleid op seksualiteit te ontwikkelen, te implementeren en afspraken te maken over gewenste en ongewenste omgangsvormen.

Kaders en definities

Wat versta je onder seksualiteit en seksuele gezondheid en hoe waarborg je de seksuele en reproductieve rechten van de jongeren in jouw beleid? Het handigst is om hier aan te sluiten bij kaders en definities zoals deze geformuleerd zijn door de WHO.

Principes

Op welke principes baseer je de seksuele en relationele vorming in jouw instelling? Van de seksuele en relationele vorming in de formele setting van de residentiële jeugdzorg mag verwacht worden dat deze aansluit bij onderstaande principes.
Seksuele en relationele vorming:

  • Neemt de seksuele en reproductieve rechten van jongeren als vertrekpunt.
  • Neemt als uitgangspunt dat iedereen gelijkwaardig is en recht heeft om zelf keuzes te maken.
  • Start vanaf de geboorte en is een continu proces.
  • Houdt expliciet rekening met de verschillende ontwikkelingsfasen en leefwereld van jongeren, anticipeert op en houdt rekening met de ontwikkelingsfase (cognitief, lichamelijk, psychosociaal) en competenties van jongeren.
  • Draagt bij aan een rechtvaardige samenleving door het individu en de gemeenschap weerbaar te maken.
    • is gebaseerd op een samenhangende en brede visie op seksuele gezondheid en welzijn.
  • Is zoveel mogelijk gebaseerd op wetenschappelijke inzichten.

Gezamenlijke visie formuleren

Op basis van bovengenoemde kaders en definities en principes, kun je een gezamenlijke visie formuleren waarin je aangeeft hoe seksualiteit meegenomen moet worden in het beleid. Het is van belang dat deze visie organisatiebreed gedragen wordt, zodat iedereen deze kan uitdragen. Betrek daarom medewerkers, jongeren en hun verwanten bij het ontwikkelen van de visie.

Voorbeeld van een visie:
“Jongeren, die in een instelling voor residentiële jeugdzorg verblijven, krijgen informatie over seksualiteit, intimiteit en relaties, die past bij hun leeftijd- en ontwikkelingsfase, waarbij de jongeren begeleid worden in hun seksuele ontwikkeling.”

Vlaggensysteem Residentiële Jeugdzorg (RJ)

Het Vlaggensysteem voor de residentiële jeugdzorg, afgekort als Vlaggensysteem RJ, helpt seksualiteit en seksueel gedrag in de RJ bespreekbaar te maken, zowel met jongeren als met ouders en collega’s. Op deze website is niet alleen beschikbare kennis gebundeld, maar zijn ook handvatten, voorbeelden en tools voor professionals, docenten, studenten en beleidsmakers samengebracht. Lees meer over het Vlaggensysteem RJ.

Aandachtsgebieden residentiële jeugdzorg

De visie op seksualiteit kan verder uitgewerkt worden naar verschillende aandachtsgebieden. Voor elk van deze gebieden kunt u vervolgens beleid maken om de gewenste resultaten te behalen.
Voor een uitgebreide beschrijving van onderstaande aandachtsgebieden en concrete beleidsadviezen per gebied verwijzen we u graag door naar de brochure Seksualiteitsbeleid of struisvogelpolitiek.

Begeleiding en leefklimaat

Een instelling draagt zorg voor een veilig leef-, behandel- en werkklimaat. Een klimaat, waarin openlijk gesproken kan worden over seksualiteit, intimiteit en relaties. Kernwoorden hierbij zijn respect voor elkaar, gelijkwaardigheid, privacy en verantwoordelijkheid.
De begeleiding heeft hier in een belangrijke taak. Het open staan voor en serieus nemen van vragen van jongeren, het op geplande en ongeplande momenten bespreken van het onderwerp seksualiteit, intimiteit en relaties, het tijdig signaleren van en aanpakken van seksualiteitsgerelateerde problematiek of gedrag (zoals seksueel pesten en seksueel grensoverschrijdend gedrag) maken hier deel van uit.

Pedagogisch didactische behandeling

Seksualiteit is onderdeel van de pedagogisch didactische behandeling. Jongeren krijgen seksuele voorlichting en begeleiding bij hun seksuele ontwikkeling, zodat ze in staat zijn verantwoorde en gezonde keuzes te maken en seksualiteit en relaties op een positieve manier te beleven.

Het is zaak concrete behandeldoelen op te stellen. De behandeling en het behandelklimaat zijn gericht op het bereiken van deze doelen. De basis voor de behandeling is de intake en screening en vervolgens het hulpverleningbehandelplan (HVP).

Medische begeleiding

De instelling besteedt aandacht aan lichamelijke gezondheid en medische zorg van jongeren. Op het gebied van seksualiteit, intimiteit en relaties valt hieronder:

  • Hygiëne: het geven van voorlichting over veilig vrijen, soa/hiv, preventie van zwangerschap of jong ouderschap, het bespreken van anticonceptiemethoden (condoomgebruik en zo nodig verstrekken van condooms), voor- en nadelen, effectief gebruik en morning-afterpil.
  • Medische verzorging: het (laten) testen op soa en de eventuele behandeling, (laten) testen op zwangerschap en voorlichting over en begeleiding bij (ongeplande) zwangerschap, anticonceptie en/of jong ouderschap.

Onderwijs

De instelling stemt af met scholen over wie aan welke doelen werkt van de behandelplannen. Zo valt de jongere niet tussen wal en schip en loopt geen lacunes op in kennis, houding en vaardigheden. Binnen het onderwijs wordt bijvoorbeeld vooral ‘gepland’ aandacht besteed aan seksuele en relationele vorming met informatieoverdracht, meningsvorming en het aanleren van vaardigheden.

Preventie seksueel grensoverschrijdend gedrag

Professionals moeten grensoverschrijdend gedrag kunnen signaleren en labelen, op de hoogte zijn van het instellingsbeleid en de protocollen op dit gebied en weten hoe ze moeten handelen.

Een open cultuur, waarin seksualiteit en waarden en normen bespreekbaar zijn, heeft een gunstige invloed op het in de praktijk brengen van de visie op de preventie van seksueel misbruik.

Onderwerpen die in het beleid aan bod kunnen komen zijn: gedragsregels en omgangsvormen, disciplinaire maatregelen, personeelsbeleid, gebouw en terreinen, protocollen en procedures, vertrouwenspersoon, interne communicatie en weerbaar maken van de jongeren.

Implementeren van de visie

Voor een daadwerkelijke vertaling van de visie naar de praktijk is het nodig dat er draagvlak is voor de visie, de professionals in de instellingen deze onderschrijven en zij kundig en competent zijn om de visie uit te voeren. Met andere woorden: het is van belang dat de visie goed geïmplementeerd wordt in de instelling.

Uit ervaring met gelijksoortige implementatietrajecten in de langdurige zorg, (zoals de ‘Zorg voor Beter trajecten’) blijkt dat het succes van implementatie voor een belangrijk deel door drie factoren bepaald wordt:

1. De attitude van medewerkers

Er moet een klimaat ontstaan waarin medewerkers zich vrij voelen om met de jongeren over seksualiteit te praten en een positief rolmodel kunnen zijn. Hiervoor zijn gemotiveerde medewerkers nodig die zich gesteund voelen door hun collega’s en het management.
• Bekijk hoe je jouw medewerkers kunt motiveren

2. De competentie van medewerkers

Medewerkers moeten competent zijn om jongeren ook daadwerkelijk te kunnen ondersteunen in hun seksuele en relationele ontwikkeling is. Veel medewerkers hebben wel een idee van waar seksuele vorming en opvoeding over moet gaan, maar hebben behoefte aan handvatten om het in de praktijk te kunnen brengen.
Vaardigheden van medewerkers vergroten & competentie checklist 

3. Sturing door het management

Een effectieve implementatie van de visie staat of valt met sturing, waardoor het werken aan een gezonde seksuele ontwikkeling van de jongeren niet afhankelijk is van één of enkele personen, maar een geïntegreerd onderdeel is van het takenpakket van alle medewerkers.
Hoe zorg je dat je medewerkers het seksualiteitsbeleid daadwerkelijk in praktijk brengen?

Uw browser (Internet Explorer 11) is verouderd en wordt niet meer ondersteund. Hierdoor werkt deze website mogelijk niet juist. Installeer Google Chrome of update uw browser voor meer internetveiligheid en een beter weergave.